Bergen frietjes - Reisverslag uit Christchurch, Nieuw Zeeland van Johan en Annet - WaarBenJij.nu Bergen frietjes - Reisverslag uit Christchurch, Nieuw Zeeland van Johan en Annet - WaarBenJij.nu

Bergen frietjes

Door: Johan

Blijf op de hoogte en volg Johan en Annet

13 Januari 2014 | Nieuw Zeeland, Christchurch

In de buurt van het Otago schiereiland zit er nog wel af en toe een auto achter ons, maar als snel wordt het weer rustiger. Tegenliggers zijn -eigenlijk met name op smalle weggetjes- 'tegenstanders', dus logischerwijs zijn auto's die achter ons rijden 'voorstanders'. Voorstanders zijn vaak vervelend, omdat velen geen 'twee seconden afstand' regel of equivalent daarvan kennen en kennelijk één seconde of soms nog minder ook wel genoeg lijken te vinden. De oplossing lijkt heel kort remmen, of tenminste het rempedaal aantippen. De remlichten van het busje gaan dan even aan, zonder dat we echt vaart minderen en in het algemeen komt die hint wel aan bij de voorstander, die dan daarna meestal wel iets dichter in de buurt van de twee seconden afstand komt. Beter dat de voorstander gecontroleerd wakker geschud wordt dan wanneer wij misschien een keer echt hard moeten remmen voor iets of iemand. Overigens zetten wij, zodra het kan, gewoon het busje even aan de kant, om bumperklevers en mensen die er erg graag langs willen te laten passeren.

Het is inmiddels weer droog en we komen door een gebied met allerlei prehistorische kenmerken. De route daar doorheen heet de 'Vanished World Route' en bevat een dozijn bezienswaardigheden. Wij doen als eerste de 'Moeraki boulders' aan. In het gesteente, toen dat 60 miljoen jaar geleden nog niet hard en droog was, hebben zich op bepaalde onzuiverheden heel geleidelijk kalkzouten gezet, waardoor bolvormige stenen ontstaan zijn. Het gesteente rondom deze 'boulders' was zachter en is in de loop der tijd weggesleten. Het resultaat is een stuk strand met daarop een stuk of twintig enorme bolvormige keien, sommige van wel meer dan een meter doorsnede. Sommigen zijn als een 3D puzzel uit elkaar gevallen en we proberen aan de vorm te herleiden welk stuk waar hoort. Net als ongeveer iedereen klimmen ook wij op een boulder voor een foto.
We lopen weer terug over het strand, naar het busje en rijden weer een stukje. We komen langs de 'Elephant Rocks'. De Elephant Rocks waren ooit vlakke, maar zijn door weer en wind langzaam uitgesleten tot allerlei gestaltes, waarvan sommigen inderdaad wat van een olifant weg hebben. Inmiddels schijnt zowaar de zon en we nemen nogal de tijd om tussen de olifanten te kijken en erop te klimmen. Tussen de olifant-rotsen is een groepje jongeren met supersoakers bezig met een of ander spel. Maar ze schieten netjes alleen op elkaar, dus wij hebben er geen last van. Wij klimmen -weer net als iedereen- op de rotsen en maken foto's.

Ons busje is inmiddels door de zon zowaar aardig heet geworden als weer wegrijden. We zitten net een paar minuten in het busje, als er weer een bezienswaardigheid opduikt. Dit keer zijn het Maori rotstekeningen, volgens het bordje dat erbij hoort. Via een trap lopen we een heuvel op. Bovenop bevindt zich een overhangende rots, die honderden jaren geleden door Maori als schuilplaats gebruikt werd. Onder die rots hebben Maori, toen ze zich verveelden, de rotsen volgetekend. Het eerste dat Johan achter het hek dat de schuilplaats afsluit ziet, is het woord 'Supergrover'. Heel toepasselijk in het blauw ook nog. Bij nader inzien blijkt het toch wat minder Nederlands en blijkt er 'Supergroove' of iets dergelijks te staan. Maar enigszins vervaagd, blijken er op de rotsen toch ook tekeningetjes en symbolen te staan die wat ouder aandoen. We vinden het toch wel opmerkelijk, dat het geklieder op de rotsen van verveelde mensen van een paar honderd jaar geleden een bezienswaardigheid is, en het dat daar een hek voor gezet wordt om te voorkomen dat verveelde mensen van nu er op de rotsen kliederen. Eigenlijk vinden we de fossiele zee-egel, die daar al veel langer in de rotsen zit, interessanter.

De dag is alweer bijna om en we strijken neer op een DOC camping net buiten Omarama. Het is best een mooi plekje, aan de rivier, waarlangs weer vele lupines staan te bloeien en met uitzicht op de heuvels rondom. Maar je hoort ook elke auto die Omarama verlaat langsrijden over de highway en het campingterrein zelf is vrij kaal met weinig gras. Er staan nog wat andere busjes en in het midden, vlakbij het wc-hokje, staat een enorme omgebouwde lijnbus.
Wij installeren ons aan ons zitje en terwijl Johan wat aanklooit met het Nieuw Zeelandse vlas, als knutselproject, begint Annet aan de champignon-risotto. Het is nu stralend weer, maar de zon gaat bijna onder, waardoor we ons zitje met kookstel na verloop van tijd moeten verplaatsen. Een man van middelbare leeftijd loopt de verschillende campinggasten langs en zegt dat hij vanavond een vuurtje gaat stoken en wie erbij wil komen zitten, is welkom. Vanwege de wind besluiten we op een gegeven moment maar onder de klep van het busje verder te koken. We eten onze risotto op het kiezelstrandje bij de rivier, waar de zon nog net schijnt en we prachtig uitzicht hebben. We wassen af en lopen met in onze ene arm een kopje koffie/thee en in de andere een campingstoeltje naar het inmiddels ontstoken vuurtje, voor de grote bus.
Een vrouw, die duidelijk al wat op heeft, stelt zich voor als Ange. De man, die ons uitnodigde, blijkt Greg te heten en zegt in eerste instantie weinig. De andere twee mensen die om het vuur zitten, een Brussels jong stel, heten Cedric en Titiana. In eerste instantie praat vooral Titiana vrij veel, maar na verloop van tijd komt ook Greg best los. Hij is een soort bouwvakker/wegenbouwer en woont in de grote bus achter hem. Tenminste, in de Nieuw Zeelandse zomermaanden. Hij rijdt het hele land door, werkt af en toe een poosje waar werk is, en bivakkeert vooral op campings. Als een soort aanhanger, sleept hij een in onze ogen al vrij ruim busje achter zijn bus aan. Voor extra mobiliteit. Hij overwintert in Australië; hij heeft een dubbel paspoort. Hij zegt niet van bier te houden, dus Johan vraagt wat dan hetgeen is dat in de bierpul zit, die hij in zijn handen heeft. Het is zelfgestookte wodka, die een vriend in 10 liter hoeveelheden maakt. Wij houden het bij onze fles Pinot Noir, die we inmiddels uit het busje gehaald hebben en Johan maakt er wat popcorn bij, wat weer erg gewaardeerd wordt door de Belgen. Inmiddels hebben zich nog twee Belgen bij ons gevoegd. Het Duitse stel, dat in het busje naast het onze zit, houdt zich afzijdig.
Het is gezellig en we kletsen wat af en leren van alles over Nieuw Zeeland. Weka's, de kipachtige loopvogels die we hier zien, smaken volgens Greg naar kip, en een kiwi is lekkerder dan een pinguïn. Maar bij dat laatste statement kan hij een grote grijns niet onderdrukken. Van het eerste weten we niet zeker of het een grapje is. Greg neemt het niet zo heel nauw met regels. Greg trekt een ondeugende grijns als hij zich herinnert dat er een 'total fire ban' op deze camping geldt. Ange blijkt niet helemaal permanent bij Greg te horen. Zij woont in een naburig dorp, terwijl hij dus rondreist. In ieder stadje een ander schatje, vermoeden we, maar dat hebben we niet nagevraagd.
Het is ruim na middernacht en we zijn inmiddels aardig moe als wij zeggen dat we het onderhand wel tijd vinden om de binnenkant van ons busje weer eens te gaan bekijken. Ange, die inmiddels strontlazarus is, zegt: 'That's a nice way to say let's have a shag'. Dat was niet direct wat we bedoelden.

De volgende ochtend is het wederom stralend weer en doen we vrij rustig aan. De Belgen zijn al weg. De grote bus nog niet. Als we bijna ingepakt zijn, rijdt eerst Ange zwaaiend langs en dan volgt, toeterend, de enorme bus. Met erachter inderdaad een campervannetje.
Wij gaan naar Mount Cook. Met 3755 m de hoogste berg van Nieuw Zeeland en omstreken. We strijken eerst nog even neer in het dorpje Twizel voor wat boodschapjes, pinnen, tanken en een frietje voor Johan als lunch. Johan heeft nogal veel honger de laatste tijd en 'Fish and Chips' tenten zijn bijna overal.
Als we doorrijden, zien we al van verre de enorme besneeuwde berg, maar eerst stoppen we nog even bij Lake Pukaki. Lake Pukaki wordt gevuld met smeltwater en doordat het gruis van een bepaalde grootte bevat, is het water enigszins troebel, maar de kleur helderblauw. In combinatie met het stralende weer, geeft het een bijzonder pittoreske lunchplek. Voor Annet, want Johan zit al vol met friet.
Bij Mount Cook ligt een wat duurdere DOC camping, met echt doortrek wc's en we parkeren daar het busje. Het is nog steeds stralend weer en vanaf de camping hebben we zicht op een enorme besneeuwde berg. Het waait wel aardig als we aan een drie uur durende wandeling door de Hooker vallei beginnen. Het mooie weer went snel en we denken dat het lot ons vanaf nu gunstig gezind zal zijn. De wandeling is prachtig en loopt via drie hangbruggen langs verschillende lage en hoge bergen. Al snel hebben we bijna continu uitzicht op Mount Cook, die beduidend besneeuwder is dan de andere bergen. Aan het eind van de vallei, het keerpunt van onze wandeling, ligt een gletsjer aan een gletsjermeer dat het begin is van de waterstroom. In het muisgrijze water drijven kraakheldere brokken ijs en af en toe horen we ook met donderend geraas een brok ijs van de gletsjer afbreken en in het gletsjermeer storten. We kunnen bij de kant van het meer komen, vissen een brok ijs uit het water en proeven ervan. Het smaakt erg goed en met redelijk veel moeite vult Johan twee drinkflesjes met brokjes gletsjerijs voor later.
's Avonds eten we pannenkoeken die we bakken in de 'shelter' op de camping, vanwege de flink aangejakkerde wind. Na onze fikse wandeling gaan de pannenkoeken er prima in. Aan onze eettafel komt ook 'Peter' zitten, een Poolse jongeman die ook een Escape busje heeft. Het is zijn tweede dag in Nieuw Zeeland en hij moet nog aardig wennen. Zijn eerste camping was bij Christchurch en was van alle gemakken voorzien. Hij had er niet op gerekend dat op deze camping geen warme douches zijn. We kunnen hem geruststellen dat er tenminste wel doorspoeltoiletten zijn. We vertellen maar niet dat de toiletten op veel DOC campings niet meer zijn dan een toiletpot boven een gat in de grond. We drinken koffie en thee, gezet van gletsjerwater, waarvan we hopen dat het van duizenden jaren oud ijs komt. Het zou ook kunnen dat het gewoon sneeuw van vorige winter was. Wij proeven in ieder geval niks bijzonders. De koffie/thee smaakt gewoon prima.
Die nacht schudt het busje erger heen en weer dan ooit. En niet omdat we het busje van binnen aan het bekijken zijn. Er is een fikse storm opgestoken en het water komt met bakken uit de hemel. Tot zover het mooie weer. Zelfs door het raampje, dat slechts op een kiertje stond voor frisse lucht, is een aardig plens water op de voorstoel beland. De berg waarop we zo mooi uitzicht hadden, is totaal onzichtbaar. We zijn erg blij dat we gisteren hier waren en Mount Cook bij mooi weer gezien hebben.

We zijn nogal laat bij Mt. Cook weg vanwege het slechte weer en rijden nog een keer langs Lake Pukaki, dat er ondanks het weer nog steeds wel blauw uitziet. We hopen een beetje weg te rijden van het vieze weer en rijden richting Christchurch. We maken aardig wat kilometers, maar Christchurch is toch nog wat ver en we strijken neer in Mt. Somers, op een bescheiden, maar complete camping. Op de camping woont een bijzonder vriendelijke poes, die vooral rond de keuken hangt. Wij maken weer het oranje eten met pompoen, zoete aardappel en wortel, maar doordat de pompoen deze keer niet zo smakelijk blijkt, is het resultaat toch minder lekker dan de vorige keer. Wel vindt het Nederlandse echtpaar dat ook in de keuken bezig is, dat het weer erg lekker ruikt. Wij bieden hen het laatste restje aan, omdat wij nagenoeg vol zitten. Zij weigeren beleefd, omdat ze nog een toetje hebben, dat ze ons weer aanbieden. Johan zegt geen nee.
Johan maakt na de koffie na het eten gelatinepudding, die ze hier in alle kleuren (en smaken) van de regenboog verkopen. Een Engels jongetje komt met minuscuul blauw eitje dat hij gevonden heeft de keuken in, om het aan zijn moeder te laten zien. Johan is ook geïnteresseerd en schouwt het eitje met zijn zaklampje. Het eitje lijkt geen embryo te bevatten. De campingpoes doet tegen iedereen vriendelijk en lijkt daardoor ook geïnteresseerd. Johan grapt dat de poes misschien wel het vogeltje op heeft als avondeten en het eitje als toetje in gedachten had en nu dus zijn toetje kwijt is en ernaar. Het jongetje vertrouwt vervolgens de poes voor geen meter meer.
De hele avond zit Johan in de keuken met de campingpoes op schoot een beetje te bloggen en te internetten. Helaas is de poes in het busje meenemen geen optie.

Als we de volgende dag wakker worden, is het gelukkig weer zonnig. We ontbijten wat en rond half elf rijden we richting Christchurch, terwijl Johan een halve liter paarse gelatinepudding met bramensmaak naar binnen werkt. 22 februari 2011 was er in Christchurch een fikse aardbeving en overal zijn nog gestutte gebouwen te zien. Er wordt ontzettend veel gebouwd en gerepareerd. Voordeel van de aardbeving is dat er overal waar gebouwen opgeruimd zijn, nu parkeerplaatsen zijn, waar je voor 3 a 4 dollar de hele dag mag staan.
In het centrum bevindt zich de Re:START mall. Een winkelcentrum bestaande uit containerwinkels. Bistro'tjes, de bank, souvenirwinkels, enzovoorts, ze bevinden zich allemaal in containers die in vrolijke kleuren geverfd zijn. Deze gezellige mall is duidelijk de place to be in Christchurch en wat ons betreft laten ze die containers permanent staan. Op de 'food court' staan etenstentjes met allerlei fastfood en Johan haalt weer een frietje. De friet blijkt erg lekker, dus na het eerste puntzakje, gaat hij terug voor een grotere portie. Annet vindt de friet te zout en heeft een ijsje op, dus Johan eet alle frietjes alleen op.
We slenteren nog wat door de botanische tuinen, shoppen wat en rijden dan naar Banks Peninsula, buiten Christchurch, naar een camping.

  • 15 Januari 2014 - 12:01

    Eva:

    Ik ben vast weer te snel maar ik ben wel benieuwd naar fotos van mount cook en lake pukaki....het is vast nog steeds prachtig! Christchurch was ook heel prachtig voor de aardbeving...
    Ik heb trouwens bij het bekijken van de albatrossen wel babietjes mogen aanschouwen, maar je zag alleen het hoofdje maar dat was denk ik iets later in het jaar...maar idd wel heel fluffie!

  • 15 Januari 2014 - 12:03

    Eva:

    Ja idd, te weinig geduld... mooooooi!!!

  • 15 Januari 2014 - 21:31

    Els:

    Zeker de invloed van al die Belgen, dat van die frietjes van Johan!
    Mayo, pindasaus of speciaal?
    Op de foto's zie ik nog geen resultaat/gevolgen van al dit lekkers!

    Groeten
    Els

  • 17 Januari 2014 - 12:51

    Hanny:

    Natuurlijk is zo'n mooi helder stuk ijs "eeuwenoud".
    Ook lekker in een glaasje drank na een barre tocht over de gletsjer.
    Ik lees jullie verhalen met veel plezier.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Nieuw Zeeland, Christchurch

Nieuw Zeeland

Rondreis door Nieuw Zeeland

Recente Reisverslagen:

09 Februari 2014

Nog verder noordwaarts

05 Februari 2014

Noordwaarts

30 Januari 2014

Weet U van de Weta?

28 Januari 2014

De witter dan witte geiser

25 Januari 2014

East Side Story
Johan en Annet

Actief sinds 04 Dec. 2013
Verslag gelezen: 252
Totaal aantal bezoekers 26826

Voorgaande reizen:

08 December 2013 - 09 Februari 2014

Nieuw Zeeland

Landen bezocht: